De week van... Jan Smelik

Voordat ik aftrap, zou ik graag Nino van Zandwijk, Commissaris Media, willen bedanken voor het doorgeven van ‘de week van’.

Dinsdag 4 oktober, 12:08
Opeens schiet het door me heen. 13:00 uur college, 18:30 uur deeltentamen accounting, maar vanavond de deadline voor ‘de week van…’. Mijn zes jaren notuleerervaring zullen nu moeten spreken. Ik zal beginnen bij het begin.

Maandag 26 september
Het is vroeg, ergens tussen half acht en acht uur in de ochtend. Zoals een foetus van 30 weken niet klaar is om zijn of haar moeders warmte te verlaten, ben ik niet klaar om mijn bed uit te komen. Dit niet per se omwille van vermoeidheid, want overheersend is het vooruitzicht deze week. Vrijdag, kan ik u alvast verklappen, is namelijk rechtententamen en zoals de meeste van mijn jaargenoten, is het gros van de stof ‘Inleiding tot de Rechtswetenschap’ mij nog onbekend.
Uit mijn bed gerold, op de uni aangekomen heb ik een ‘x’ aantal werkgroepen en colleges gevolgd waar ik in alle eerlijkheid niet meer kan zeggen waarover deze gingen. Is verder ook niet zo boeiend. Over het vervolg van de dag kan ik eveneens kort zijn; thuis aangekomen begon het leerproces dat pas eindigde met het overgaan van wakende naar slapende toestand.

Dinsdag 27 september
Ondanks dat mijn eerste en enige college van de dag pas een uur na het begin van de middag zal beginnen, zit ik tegen tienen alweer in de boeken. Je raadt het al: rechten. Ik zal even kort uitweiden over het leerproces. Het is een beetje alsof ik de rode draad moet vinden in een groot aantal willekeurig gekozen begrippen uit de Van Dale. Om dit te illustreren, kwam ik op gegeven moment, tijdens het leren, een tweetal van de begrippen tegen: intentionele en extensionele vaagheid, waarbij de eerste slaat op vaagheid over wat het begrip zelf betekent en de tweede vaagheid omtrent het gebied waar het begrip op slaat. De ironie ontgaat me niet.
Gelukkig is er tussen het leren door ook tijd voor ontspanning. Deze ontspanning is meestal in de vorm van het bespelen van Big Bertha en Blonde Greet. In dit geval doel ik niet op vrouwen van lichte zeden, maar op gitaren. Vaak onderbreek ik het leerproces even om bij deze instrumenten de afleiding te zoeken. Even ‘Bachen’, zoals we dat vroeger op gitaarles noemden.
Deze avond vind ik ook ontspanning in een andere vorm, namelijk waterpolotraining bij de vereniging Ragnar. Als ik uitgeput weer thuis kom, duik ik direct mijn bed maar in.

Woensdag 28 september
Wederom is het vroeg, want alweer heb ik werkgroep om negen uur. Fris noch fruitig kom ik aan op Woudestein, waar ik deze dag zal leren over hoe men boekhoudkundig rekening moet houden met verleende garantie en andere zaken die in de nabije toekomst toch geautomatiseerd gaan worden. Tijdens mentorraat zal ik vervolgens leren hoe men moet presenteren. Wat ben ik blij als ik richting de In Duplo kamer loop om de Almanakcommissievergadering aan te vangen met een pitatosti, want wij hebben de tosti traditie bij de Almanakcommisse. Over de inhoud van de vergadering mag ik verder niet zoveel loslaten, maar wat ik wel kan zeggen is dat dit ontegenzeggelijk de tofste almanak aller tijden wordt!
Na een enerverend potje sparren met de samenvattingen van JFR is het alweer etenstijd. Voor de derde keer op rij helpt een van mijn huisgenootjes me uit de brand door weer eten over te hebben. Dank daarvoor! Overigens heb ik niks tegen koken, maar dat halve uurtje kan ik in deze drukke periode goed gebruiken. Na dit intermezzo geef ik me weer over aan recht tot de grote wijzer zo’n 1080 graden de klok heeft rondgedraaid. Met een duizelend hoofd ga ik wederom op weg naar training. Eenmaal aangekomen voel ik naast opluchting toch ook een beetje trots; sinds mijn debuut bij de Ragnar is dit de eerste keer dat ik beide trainingen bijwoon. Als ik na training uitwaai op de fiets besef ik me opeens een tweede ding; sinds mijn debuut bij Ragnar is het deze week de eerste keer dat ik (en dat gelijk twee dagen op rij) niet blijf borrelen. Dit feit roept zowel trots als droefenis in me op. 

Donderdag 29 september
Op tijd, maar niet té op tijd, kom ik aan bij wiskunde werkgroep. En ja, de deeltentamens zijn nagekeken. Met al het eerstejaarsenthousiasme in me, ontsnapt er bijna een gilletje wanneer ik mijn cijfer zie. Ik houd er niet van om te pochen en ik zal dan ook in het midden laten wat het is, maar ik was er zelf in ieder geval erg content mee. Vervolgens gaat er tijdens het accountingcollege een golf van onrust door de zaal: de cijfers van de deeltoets zijn aangepast. Ik heb de juiste fouten gemaakt: mijn cijfer is verhoogd! Score. Enigszins vermoeid door deze dag is het tijd om de laatste hand te leggen aan recht. Ik begin zowaar door te hebben wat er van me wordt verwacht en, ook wel handig, weet ik ook redelijk aan deze verwachtingen te voldoen. Niet geheel ontevreden zie ik ’s avonds de kans schoon om wat slap te lullen met een huisgenoot en het eerste pilsje van de week open te trekken. Hier was ik aan toe. Klaar voor morgen kan ik gerust gaan slapen.

Vrijdag 30 september
’s Ochtends ben ik op mijn scherpst. Als ik eenmaal wakker ben, presteer ik het best. Zonder dat ik het doorheb, vliegen de drie uur om en sta ik weer buiten. Ik zat er zelfs zo lekker in dat ik, naïef als ik ben, doorga naar het vrijwel direct aansluitende accounting college. Zinnig was het niet, maar kom, ik was fysiek aanwezig en dat is al heel wat.
Na een week louter op rechten te hebben geconcentreerd, loop ik nu wel wat achter voor economie. Maar dat mag even niet deren, want in de namiddag staat mijn eerste activiteit met Erasmus Extreme Sportassociation op het programma: bolderen. Bolderen is een soort klimmen, maar dan op lage wanden zonder dat je gezekerd bent. Dolenthousiast begin ik wild met klouteren, maar al na een half uur merk ik toch dat mijn spieren dit soort inspanning niet gewend is. Na een uur ben ik uitgeteld. Gelukkig is het nog niet afgelopen, want er is een after-drink bij iemand thuis. En dat is niet zomaar een thuis, maar een boothuis. Tof natuurlijk, wie kan er nou zeggen dat hij beerpong gespeeld heeft op een woonboot? Op een zeer schappelijke tijd ben ik naar huis gegaan, zodat ik de volgende dag nog een beetje fris zou zijn.

Zaterdag 1 oktober
Niet per se fris, maar ik moet het er maar mee doen. Economie inhalen en dan vooral accounting, want deze dinsdag is de volgende midterm alweer. In de namiddag besluit ik dat ik geen zin heb om te koken. Op naar de verwekkers. Als ik na een stevige maaltijd op Whatsapp kijk, zie ik dat er veel animo is voor een avondje chillen met de zeer hechte vriendengroep van mijn middelbare schooltijd. Eventjes dan, ik mis ze zo. Na een korte wiskundesessie vlieg ik de deur uit. Gezellig als altijd en ik geef toe om nog even bij de Schavuit (oude stamkroeg) langs te gaan. Het eerstvolgende moment dat ik een klok zie, blijkt het dat het al een goed aantal pils na middernacht is. Oeps! Snel naar huis.

Zondag 2 oktober
In een moment van helderheid heb ik mijn wekker gezet, maar het moment dat het apparaat begon te loeien heb ik hem weer uitgeknald. Uit ervaring heb ik geleerd dat je beter maar een beetje bij kan slapen, want brak leren is alsof je probeert te dweilen met een te vaak gewassen mop: hoe je ook je best doet, iets opnemen zal je niet.
Als ik om elf uur weer wakker wordt, is mijn hoofd al wat minder mistig. Klaar om een dikke leersessie neer te zetten. Als ik tegen zessen terugkoppel wat ik heb gedaan vandaag, is dat toch wat bedroevend. Ach, morgen weer een dag, want nu uit eten met mijn ouders, broertje en zusters. Altijd gezellig om weer met z’n allen te zijn. Als ik op Utrecht centraal wordt afgezet zie ik alweer hoe laat het is: traject Utrecht-Rotterdam ligt weer plat. Na eindeloos trein-bus-trein-bussen kom ik dan gelukkig toch aan op Alexander. Wat een week!

Graag geef ik de pen door aan Noud Eysink! Ik ben benieuwd naar wat hij in zijn week doet.

Sluiten